Ook al spreek je een aardig mondje Frans, de menukaart in een frans restaurant staat
nogal eens vol namen en begrippen, die voor de meesten van ons onbekend zijn: wat krijg ik
in de Provence op mijn bord als ik een 'oiseau sans tête' bestel? Wat voor soort vis is
een 'aiglefin'? Wat betekent de toevoeging ' à la diable'?
Het boekje "Uit eten in Frankrijk", geschreven door Onno H. Kleyn, een
uitgave van Kosmos Reisgidsen, kan uitkomst bieden. Voor de gebruiker van deze praktische
menugids heeft de Franse menukaart geen geheimen meer: in de culinaire woordenlijst zijn
meer dan 2500 namen, begrippen en termen opgenomen waarmee U in elk restaurant nit de
voeten kunt. Misschien een goed kado-idee voor de Kerst of voor een volgende verjaardag?
ETEN
BUITEN DE DEUR deel 1
We gingen op weg richting Saint Ybar omdat we wat leuke geraniums wilden kopen voor in
de potten op ons terras. We hadden gehoord dat daar in de buurt een kweker zat met kassen
vol planten. In de kassen konden we inderdaad tussen onkruid en verwaarloosde planten nog
wat van onze gading vinden.
We besloten om meteen maar eens een kijkje te gaan nemen in Saint Ybar. Een lief stil
stadje, vooral oud. Maar nergens iets waar we een kop koffie konden krijgen en daar waren
we eigenlijk wel bot aan toe. Toen zagen we een bord : 'Auberge 1 km.' Een Auberge, zouden
ze daar om twaalf uur, het 'eetuur' van de Fransman, ook in de benen komen voor een kopje
koffie? Het was het proberen waard. Na een (lange) kilometer kwamen we bij een gezellig
uitziend restaurantje en ender het motto 'brutalen hebben de halve wereld' gingen we
binnen vragen of we ook koffie konden krijgen. Tien minuten later zaten we achter een
lekker bakkie in een soort veredelde huiskamer waar, zo te zien, de werklieden uit de
buurt hun middagmaal nuttigden. Het geheel deed leuk en verzorgd aan en de dame die
bediende was zeer vriendelijk.
We werden zo enthousiast dat wij er de volgende middag ook zaten, in Auberge 'le
Périssé', dit keer om te eten. Voor 60 franc, inclusief wijn, worden er vier gangen
geserveerd, niks te kiezen, geen menukaart : eten wat de pot schaft. Een zeer acceptabele
maaltijd en smakelijk opgediend. Ook de koffie toe hoorde bij het menu. Echt leuk om eens
te doen; bij mooi weer wordt er ook buiten geserveerd is ons verzekerd.
Hoewel ik weet dat een aantal op het park geen oven in de keuken hebben, kies ik deze
keer toch eens voor een recept van een heel eenvoudig te maken oven- groenteschotel als
biljgerecht bij de barbecue of gewoon als groente. Je hebt nodig:
een flinke courgette |
een stuk of vijf grote (vlees)tomaten |
ketchup |
martini (of andere vermout) |
gedroogde Italiaanse of Provençaalse kruiden peper |
geraspte kaas |
Snijd de courgette en de tomaten in plakjes en schik ze om en om in de ovenschaal: een
rij courgette- en een rij tomatenplakjes. Meng in een bakje de vermont en de
tomatenketchup en verdeel dat over de pinkies tomaat en courgette. Dan met kwistige hand
gedroogde kruiden en peper er overheen strooien, het geheel bedekken met geraspte kaas en
in de oven schuiven, op ca. 200 graden. Ruim een half uur laten gaan en eventueel onder de
grill nog een bruin korstje laten krijgen. Als ik echt aan het eind van mijn 'groente
latijn' ben is dit voor mij altijd een aardige oplossing: gemakkelijk te maken en toch
heel lekker (vinden wij).
ETEN
BUITEN DE DEUR deel 2
We gingen naar St. Sulpice sur Lèze omdat we gehoord hadden dat er daar een
winkeltje is waar hengels en ander spul te koop is om op forellen te vissen. We kwamen er
om een uur of drie aan, maar de deur was nog niet open. Bij navraag bij de plaatselijke
middenstand kwamen we te weten dat de eigenaar zo wel zou komen. Zodoende konden we even
in het plaatsje rondkijken voordat de meneer van de hengels om vier uur de hoek om kwam om
zijn winkeltje te openen.
Ik ben toen na enige tijd maar weggelopen bij het in moeizaam Frans verlopende gesprek
over de visvangst op de rivieren, de te gebruiken hengels en de verschillende soorten
kunstaas. Tenslotte is vissen niet een van mijn passies maar die van mijn wederhelft.
Wat wij in het eerder genoemde uurtje al in het voorbijgaan meenden te signaleren bleek
bij nader onderzoek inderdaad waar: een aardig uitziend restaurant met een heel
veelbelovende kaart; restaurant 'La Commanderie', gelegen aan het pleintje van het stadje:
Place de 1'Hotel de Ville. Daar moesten we toch nodig een keertje het eten gaan
uitproberen! Na wat gluren en turen meende ik ook aan de achterkant een tuin te ontwaren.
Omdat buiten eten voor ons een extra dimensie geeft, hebben we er op een zondag voor de
lunch een tafeltje besproken. Inderdaad konden we plaatsnemen op een zonnig terras in een
aantrekkelijke, ommuurde tuin. Bovendien werd het eten op een verzorgde manier opgediend
en smaakte heerlijk. Sindsdien zijn we er nog een paar keer geweest en ook binnen zit je
er heel gezellig, met uitzicht op de tuin.Voor Franse begrippen is dit niet een echt
goedkoop restaurant, maar je krijgt beslist waar voor je geld. Wel bespreken, want een
paar keer zagen we het bordje 'complet' toen we aankwamen om aan ons besproken tafeltje
plaats te nemen.
ETEN
BUITEN DE DEUR deel 3
Tot ons grote genoegen hebben we er weer een restaurant bij gekregen, en wel in
Daumazan zelf; om het hoekje van de deur zogezegd. In het tot voor kort nog wat vervallen
'Hotel Restaurant' van Daumazan, tegenover de Casino, heeft Natalie namelijk haar intrek
genomen. Ja, de voormalige kokkin van ons eigen Château! Toen wij er in februari aten was
het dik voor elkaar. Eén menu, buiten op een soort schoolbord aangegeven. Soep, op
z'n Frans, de soepterrine op tafel en zelf nemen wat je wilt, een eenvoudige hors d'oeuvre
tafel, hoofdgerecht en ijsje toe, voor 65 franc, inclusief een pichet rode wijn.
Omdat wij al eens eerder, een aantal jaar geleden, binnen geweest waren, konden we zien
dat er met vereende krachten gewerkt was om er een aardige ruimte van te maken. Een
enthousiaste Natalie vertelde ons dat het nog niet helemaal klaar was. Er komen nog wat
platen aan de wand en een spiegel. Buiten zouden er plantenbakken komen om de gevel wat
meer aanzien te geven. We zijn heel benieuwd naar het resultaat als we binnenkort weer in
de buurt zijn. En we gaan er zeker nog eens eten.
Voor het recept van deze keer kies ik nu eens voor soep. En wel vissoep. Als je een
echte bouillabaisse heerlijk vindt kun je misschien beter meteen ophouden met lezen, want
dat is het beslist niet. Wij hebben namelijk iets met vissoep. Hoewel we echte
visliefhebbers zijn, mag de soep die ervan gemaakt wordt niet echt 'vissig' smaken. Er
zijn mensen die dan precies weten wat je bedoelt, maar de echte bouillabaisse eters
begrijpen hier niets van. Na lang proberen en proeven hebben we dan toch eindelijk een
soep gecreëerd die ons perfect smaakt. (Niet te 'vissig' dus!)
Je hebt nodig:
ca. 300 gram visfilet |
2 of 3 tomaten |
100 gram garnalen |
een paar draadjes saffraan |
1/2 liter witte wijn |
6 eetlepels paneermeel |
1 borrelglaasje cognac |
kruidenboeketje |
1 flinke ui |
peper |
1 flinke prei |
zout of bouillonpoeder |
een paar tenen knoflook |
olijfolie |
Voor de vis kun je het beste een paar goede soorten nemen, b.v. kabeljauw en
zalm. Thuis koop ik altijd een stuk of vier soorten, zoals zalm, zalm-forel, tarbot,
zeeduivel, kabeljauw. Die was ik en snijd ze in kleine blokjes,verdeel ze over een stuk of
vijf diepvrieszakjes en vries die in.In Frankrijk kun je heerlijke vis kopen in de
Carrefour.
Snij de ui en de prei in stukjes en laat die in de olie op een zacht vuur glazig
worden. Schil intussen de tomaten (even verwarmen in heet water en 'laten schrikken' in
koud water dan gaat het velletje er gemakkelijk af) en snipper de knoflook fijn. Als de ui
en prei glazig zijn, giet er dan de cognac bij. Even laten pruttelen, dan de geschilde, in
stukjes gesneden tomaat, de knoflook en saffraan erbij. Nog even samen laten gaan. Dan de
wijn erbij en de paneermeel er door heen roeren. Het kruidenboeketje kan er nu bij. Als je
de kruiden in de tuin hebt: tijm, rozemarijn, oregano, lavas, peterseliestelen, selderie
plukken en bij elkaar binden. Nog ca.een kwart liter water erbij, wat peper uit de molen
en tout of bouillonpoeder naar smaak. Terwijl dit heel zachtjes staat te trekken, maken we
de vis schoon en snijden die in stukjes. Na een uurtje het kruidenboeketje verwijderen, de
stukjes vis erbij doen en na nog eens 5 minuten ook de garnalen en 4 minuten later is je
vissoep klaar. Een maaltijdsoep voor twee personen. Je eet er wederom stokbrood bij.
Dit lijkt natuurlijk een heel gedoe, maar het voordeel is dat je de basis b.v. 's
morgens al kunt maken. Als je dan thuiskomt heb je binnen tien minuten een lekkere soep
klaar. Eet smakelijk.
ETEN
BUITEN DE DEUR deel 4
Toen onze kleinkinderen ons in Daumazan opbelden om te vragen of opa en oma konden
vertellen of het kasteel ook open was als zij er zouden zijn antwoordde oma ijverig: 'ja
hoor, want we hebben er gisteren nog gegeten. 'Nee oma het kasteel van de echte ridders',
meldden onze kleinkinderen tegelijk. 'Ze willen naar het kasteel in Foix, mam', hoorden
wij onze dochter aanvullen. Dat was de reden dat we in de herfstvakantie naar Foix togen
om het kasteel van Foix, dat van de echte ridders, te gaan bekijken. Een hele klim, maar
boven gekomen heb je een prachtig uitzicht over de stad. Als het regent kun je maar beter
geen schoenen met gladde zolen aan hebben want de lange weg naar boven bestaat uit gladde
grote kiezelstenen. Je krijgt een aardige indruk van hoe het vroeger geweest meet zijn. Er
is echter heel wat gerestaureerd. De kinderen vonden het geweldig: in twee torens kon je
helemaal naar boven langs een enge, smalle, donkere wenteltrap. Dat maakt indruk als je
drie jaar bent!
Hoewel we deze herfst hebben kunnen genieten van prachtig weer, was het geen weer om
buiten lets te eten. Daarom zijn we naar Hotel Lens gegaan. Als je het centrum van Foix
binnen rijdt, over de brug, zie je twee gebouwen aan de rivier liggen. Op één ervan
staat Hotel Lens vermeld. Ook staat ergens Le XIXe Siècle. Het blijkt allemaal bij elkaar
te horen. Je moet natuurlijk eerst je auto zien kwijt te raken, dan achterom bij de tweede
ingang naar binnen gaan. We waren blij dat we deze keer wat vroeg waren, want we konden
prachtig zitten, in de serre aan (boven) de rivier. Een kwartier later zat het hele
restaurant vol met lunchende Fransen. We hebben er lekker en vooral heel gezellig gegeten.
Pommes gratinées (Aardappelschotel)
Met stijgende verbazing heb ik eerst de reclame en later de potjes in de winkel
bekeken: Aardappel anders! De inhoud van een (duur) potje over je aardappelschijfjes
uitgieten is natuurlijk niet echt nodig. Wij zijn best wel bereid het ons af en toe wat
gemakkelijk te maken, maar tegen de tijd dat wij het potje gepakt, opengedraaid en leeg
geschraapt hebben, en de inhoud over de schijfjes verdeeld, zijn wij allang klaar met de
ouderwetse methode.
Nodig: voor twee personen
4 flinke aardappelen |
1 ei |
200ml. melk (of room) |
peper en nootmuskaat |
geraspte kaas |
ev. ui, prei of courgette. |
De aardappelen in plakjes snijden (een keukenmachine is wel handig), in een ovenschotel
uitleggen, peper en noot erover, het ei en de melk- de Fransen nemen natuurlijk heerlijk
room, maar in het kader van lijn en cholesterol doen wij maar melk- samen even losgeklopt
erover, daarna geraspte kaas en klaar ben je. Drie kwartier afgedekt met aluminiumfolie in
de voorvenvarmde oven, op 200 graden, daarna nog een kwartier onder de grill. Wel even met
een vork prikken om te kijken of bet geheel goed gaar is; de bereidingstijd hangt af van
de soort aardappels die je gebruikt. Wij maken hier graag een 'laagjesschotel' van: tussen
twee lagen aardappelschijfjes een laagje uienringen, preiringen, of courgetteschijfjes.
Lekker bij alle soorten vlees of vis.