Voor
wandelaars is er veel mogelijk in de Pyreneeën. Behalve het advies om te lopen over een
deel van de bekende GR-routes, zijn wandelingen in de cirques warm aan te bevelen. Cirques
(circos) zijn de komvormige, halfronde verzamelbekkens van de gletsjers uit de ijstijd
geweest. De cirques zijn landschappelijk bijzonder mooi en er kan vaak goed gewandeld
worden. Ook de brede U-vormige dalen zijn uit deze periode. Op veel plaatsen zijn de
morene terug te vinden. In de meeste cirques zijn veel watervallen en riviertjes. Veel
vissen komen naar de Pyreneeën om te paaien. Meestal bevinden deze zich in de gaves. De
gaves zijn een tussengebied tussen de bruisende bergstromen en de traag stromende lager
gelegen rivier. Behalve de bekende vissoorten zijn er in bergmeren ook uitheemse vissen
uitgezet voor de hengelaars. De tocht naar een cirque voert door een van de vele
rivierdalen, die zich vanuit de Pyreneeën naar het laagland langzaam verbreden. Van
oudsher werden de dalen bewoond langs de oevers van de rivieren. De dalen hadden vaak geen
of nauwelijks onderlinge verbindingen, waardoor gewoonten, gebruiken of dialecten van
verschillende dalen lang intact zijn gebleven. Door deze relatieve isolatie van de mensen
die de verschillende valleien bewoonden konden er ook veel variaties ontstaan in de echte
streekgerechten. De bereiding van één gerecht kan in iedere vallei weer anders zijn.
Een dagtocht naar cirque de Cagatteille
Minder beroemd maar landschappelijk wel buitengewoon mooi en sereen is de cirque de
Cagateille, met als grote voordeel, dat deze vanuit Daumazan goed bereikbaar is.
Allereerst de autorit (van +/- 2 uur). Dit is een zeer afwisselende route en het is dan
ook buitengewoon aantrekkelijk om onderweg hier en daar te onderbreken, uit te stappen en
even rondwandelen. Fraaie kleine stadjes en leuke dorpen wachten op nieuwsgierige
toeristen. De autorit zal wat meer tijd nemen, maar deze onderbrekingen kunnen zeker de
moeite waard zijn, vooral gedurende de tweede helft van de rit zijn deze stops
aanbevelenswaardig.
Route: Daumazan -D 74-
Montbrun-B. - Mérigon - D 627- Montardit - St.-Girons -D 603- Eycheil - Lacourt -D 17-
St.-Servin - Soeix - Vic - Oust - Seix - Pont-de-la-Taule -D 8- le Trein -D 38- St.-Lizier
- Estillor- Bourdax - Moussures - cirque-de-Cagateille (het laatste stuk weg is zeer
slecht) Aan het eind van de weg parkeren en vandaar te voet, links omhoog, verder naar:
Cirque de Cagateille
De tocht is niet moeilijk, maar een paar goede bergschoenen zijn wel aan te bevelen.
Enkele malen stromen de beekjes over het pad en, vooral na een aantal dagen regenval, zijn
die op normaal schoeisel, niet zonder natte voeten te passeren. Let op, bij de breedste
beek is links boven een brug. Een goed gedetailleerde landkaart met hoogtelijnen is nooit
overbodig bij zulke wandelingen. Na een wandeling van +/- 1 uur verschijnt plotseling de
cirque. Als of het toneelgordijn wordt opgetrokken, een landschappelijk indrukwekkend
beeld. Voor fotografen is het belangrijk te weten dat de kom aan de zuidzijde door een
steile hoge bergwand wordt begrensd. Het licht is niet altijd juist voor goede foto's.
Mogelijk moet tevoren voor een bepaalde tijd van de dag gekozen worden. In de cirque is de
wandeling voort te zetten. Daar aan het eind van het pad een forse stijging is, moet
daarvoor zeker weer een uur gerekend worden. In de cirque is meestal vrij loslopend vee
(paarden), dat de landschappelijke schoonheid alleen maar vergroot.
Een dagtocht naar cirque de Gavarnie
De bekendste cirque is le cirque de Gavarnie, op 215 km afstand van Daumazan
Route: Daumazan- St. Girons- St. Gaudens- Tarbes - Lourdes - N 21
- Luz- St.Saveur - Gavarnie.
De relatief grote afstand, maakt een dagtocht vanuit Daumazan met ook nog een flinke
wandeling vrijwel onmogelijk. Wellicht is een overnachting in de buurt van Lourdes het
beste alternatief. Dat biedt tevens de mogelijkheid om een bezoek te brengen aan
bedevaartsoord Lourdes en daar een avondprocessie bij te wonen. De cirque de Gavarnie
wordt omgeven door de Grand Astazou (3071 m.), Marboré (3253 m.), Epaule (3069 m.), Tour
(3018 m.) en de Casgue (3006 m.). Het is landschappelijk een pracht gebied (wel een beetje
toeristisch), rijk aan bloemen. Van de vele bergdieren laten zich beslist enkele zien.
Verspreid in de cirque bevinden zich twee refuges (berghutten) en twee cabanes
(herdershutjes). Midden in de cirque ligt Gavarnie. Vroeger was Gavarnie een
pleisterplaats op de route tussen Bigorre en Aragon. Het was een gehucht waar voornamelijk
herders woonden. Eind negentiende eeuw waren er verscheidene boeren uit Gavarnie, die als
eersten in de Pyreneeën hun diensten als berggids aanboden. Het dorp Gavarnie is nu
geheel gericht op de toeristische mogelijkheden van de cirque. Ieder jaar vindt de tweede
en vijftiende juli een muziek en theater festival plaats in Gavarnie. Men kan de auto
parkeren op het parkeerterrein en vanuit een centraal punt bergwandelingen maken. De
kortste wandeling duurt een half uur. Door dit gebied loopt ook de route GR 10. Gedurende
de zomermaanden kan men hier met paard of ezel enkele routes rijden.