Montesquieu, voor Nederlanders een moeilijke naam, maar toch, de meesten herkennen
het deel mont. Over het tweede deel van deze naam doen nogal wat veronderstellingen de
ronde, waarvan de meeste terugvoeren tot een occitaans woord. Het meest waarschijnlijk
betekent Montesquieu kromme berg/heuvel.
Montesquieu is al een oude stad, men vierde in 1996 het 750-jarig bestaan. Montesquieu
was in de Middeleeuwen een verdedigbare stad: bastide, gevestigd langs de oever van de
Arize. 1'Arize werd toen nog La Rize genoemd. Toen in de dertiende eeuw, onder gezag van
de graaf van Toulouse, de verdedigingswerken van de stad werden opgebouwd was Montesquieu
de hoofdstad van Volvestre. Ook de kerk dateert uit deze periode. De zestien-zuilen toren
is opgebouwd in de z.g. Toulouse-stijl. Vanaf deze toren hield men destijds de forten
Castéra en Monléon in de gaten. Het is aan het nogal robuuste uiterlijk goed te zien,
dat deze kerk tevens dienst deed als laatste bolwerk wanneer de vijand de stad zou zijn
binnengedrongen. Omstreeks 1267 gaf Raymond VII graaf van Toulouse teestemming tot de bouw
van de kerk. Hij was tevens de opdrachtgever van de constructie van de bastide. In die
tijd werden de kanunniken van de Saint Victor congregatie in Languedoc teer gerespecteerd.
Niet verbazingwekkend dat de kerk werd gebouwd onder bescherming van Saint Victor. Eglise
Saint Victor is sinds 1928 monument historique classé Na een aanval van de troepen
van de graaf van Armagnac (1376), waarbij de kerk werd geplunderd, besloot men de
kerkschatten beter te beschermen.
Onder de kerk bevindt zich een crypte. In 1390 begon men deze ruimte uit te graven om
de schatten van de kerk te kunnen verbergen. Later is de bestemming lets veranderd. De
ruimte met relikwieën werd afgesloten en is in 1747 herontdekt. In de kerk bevinden zich
zeer veel relikwieën van heiligen onder andere van Saint Cizi, Saint Jacques (van
Santiago de Compostela) en uiteraard Saint Victor. De reliek-bustes, in een nis geplaatst,
zijn van Saint Victor, Saint Jacques, Saint Eutrope (Stropy), Saint Exupère, Saints
Marguerite en Saint Blaise. Waarschijnlijk zijn deze alle uit de zeventiende eeuw.
Er bevinden zich in deze kerk meer zaken, die het waard zijn om aandacht aan te
besteden. Zo hangt hier een twee-en-halve meter brede sculptuur, "la mise au
tombeau" uit de vijftiende eeuw, die in 1608 geschilderd werd. Het schilderij waarop
de marteling van Saint Victor te zien is, is uit de achttiende eeuw. Veel van de zilveren
kerkschatten zijn destijds door de koning opgeëist om mede daarmee de zevenjarige oorlog
(1756-1763) te kunnen bekostigen. Een verschrikkelijk onweer met enorme hagelstenen
teisterde het dal van de Arize in 1599. Bomen waaiden om, huizen, kerken en molens werden
vernield. Ook de kerk van Montesquieu werd zwaar getroffen en het herstel heeft lang
geduurd omdat men niet over voldoende financiële middelen beschikte. Nog maar kort
geleden (10-8-'96) werd in dit gebied Daumazan door hagel getroffen, waardoor o.a. meer
dan de helft van aile daken vernield werd. Reparaties en restauraties hebben nogal wat aan
het oorspronkelijke uiterlijk van de kerk veranderd. Vooral de dakconstnxctie en het
plafond zijn totaal anders geworden.
Er is een goed uitzicht op de stad Montesquieu vanaf de heuvel Castéra, waar vroeger
een kasteel stond dat een onderdeel vormde van de verdediging van het gebied rondom de
stad. Veel bewoners/gasten van Château Cazalères gaan naar Montesquieu op dinsdagmorgen.
Wanneer zij daar hun inkopen op de markt doen zullen zij weinig aandacht hebben voor de
fraaie hal, waarin de markt wordt gehouden. Deze oude markthal heeft in de zestiende eeuw
een verandering ondergaan en wordt sindsdien alleen maar onderhouden.
Wanneer men de brug over de Arize passeert valt al meteen op dat de rivier hier
gedeeltelijk is omgeleid om voldoende water te kunnen stuwen voor de watermolen.
Montesquieu bezat vroeger zeven watermolens. Men kan de laatste nog werkende meel-molen
(van alle molens langs de Arize), "le moulin de Barrau" bezoeken, na afspraak
met de molenaar (05.61.90.04.40 - monsieur Medale).
Deze stad bezit in het centrum een aantal fraaie huizen, waaronder vakwerkhuizen en een
viertal oude duiventillen, die een wandeling door het centrum de moeite waard maken.
Wanneer men de kerk en een aantal van de huizen in het centrum bekeken heeft, zou men
kunnen zeggen dat dit soort bouwstijl doet denken aan Romeinse bouwwerken in de Po-vlakte
en rondom Aosta. De toepassing van veel baksteen is opvallend, leuk is de ornamentering in
het metselwerk door de afwisseling van rode baksteen en ronde granietkeien. De veronder-
stelling dringt zich op dat hier in de buurt een steenbakkerij gestaan moet hebben.
Saint Victor
Er is heel weinig terug te vinden omtrent deze Saint Victor. Hij was soldaat in een
legioen van het Romeinse leger. Te Marseille, in 303, onder het bewind van keizer
Maximianus, stierf hij bij martelingen om het geloof de marteldood. De kerkelijke feestdag
(geboortefeest) is 21 juli. De leden van de kloostergemeenschap van Saint Victor zijn
bekend als de Victorijnen. Nadat in de middeleeuwen in de kluizenarij van Saint Victor
Parijs de regel van Augustinus werd ingevoerd, werd dit een van de invloedrijkste
theologische centra.
Château de Palays
Daar waar de Arize en de beek le Pas du Rat samenvloeien staat sinds de veertiende eeuw
Château de Palays. De ligging van het kasteel is destijds zo gekozen, omdat men hier de
grens tussen de twee graafschappen, die van Foix en Toulouse, passeerde. Dit kasteel, dat
tot voor tien jaar nog bewoond was, verkeert in een uitstekende staat. Bij het plaatselijk
Syndicat d'Initiative, Place de la Halle, kan men twee nuttige folders krijgen voor een
dagje Montesquieu. Een folder over de kerk en een andere folder met een stads-plattegrond,
die handig is bij het maken van een stadswandeling (beide folders zijn in de Franse taal).